Rechtspraak
Verzet tegen voorzittersbeslissing. Klager beklaagt zich dat verweerder uitlatingen heeft gedaan waarvan hij wist dat die onjuist zijn. Klager stelt dat de klacht niet op dezelfde uitlatingen ziet als in klacht 08-212 H en dat de voorzitter er aan voorbij is gegaan dat er geen sprake is van een meningsverschil maar van een onjuiste weergave van feiten, waarvoor verweerder verantwoordelijk is en zich niet kan verschuilen achter diens cliënt. Verzet ongegrond.